Bij een echtscheiding rijst de vraag of het betalen van kinderalimentatie vóór het betalen van partneralimentatie gaat als de alimentatieplichtige onvoldoende draagkracht heeft om volledig te voorzien in de (aanvullende) behoefte van alle onderhoudsgerechtigden.
Bij samenloop van onderhoudsverplichtingen geldt dat indien de alimentatieplichtige verplicht is levensonderhoud te verschaffen aan twee of meer personen en zijn draagkracht onvoldoende is om dit volledig aan allen te verschaffen, zijn kinderen en eventuele stiefkinderen die de leeftijd van 21 jaar nog niet hebben bereikt, voorrang hebben boven andere onderhoudsgerechtigden, dus ook voorrang boven de alimentatie voor de gewezen echtgeno(o)t(e). De wet geeft echter geen regels voor de verdeling van de draagkracht tussen de alimentatiegerechtigden in dezelfde categorie onderling (bijvoorbeeld tussen kinderen uit het 1e en het 2e huwelijk van de alimentatieplichtige). Voor dit laatste wordt in de regel teruggevallen op de maatstaf van HR 13 december 1991, NJ 1992, 178. Deze houdt kort gezegd in dat de kinderen in beginsel gelijk worden behandeld, al kan dit onder omstandigheden anders zijn (bijvoorbeeld bij een uiteenlopende behoefte).
Indien zowel kinderalimentatie als partneralimentatie moet worden vastgesteld, gaan de aanbevelingen van de werkgroep Alimentatienormen ervan uit dat eerst een draagkrachtberekening wordt gemaakt voor de kinderalimentatie en, als er draagkrachtruimte overblijft, vervolgens een draagkrachtberekening wordt gemaakt voor de partneralimentatie.
Conclusie: de kinderen en eventuele stiefkinderen van de alimentatieplichtige ouder hebben dus voorrang boven de ex-echtgeno(o)t(e) van de alimentatieplichtige bij het betalen van alimentatie.
mr. L.V.S. Cassese te Almelo, echtscheidingsadvocaat & NMI gecertificeerd mediator